Aandachtspunten voor belangenbehartiging door ledenorganisaties

donderdag 14 oktober 2021

Op 7 oktober mochten we Bert Fraussen opnieuw verwelkomen om ons meer bij te brengen over belangenbehartiging vanuit ledenorganisaties. Zijn theoretische inzichten, als assistent-professor aan de Universiteit Leiden, werden mooi aangevuld met het verhaal uit de praktijk door Matthieu Marisse, verantwoordelijke voor de belangenbehartiging bij Voka Midden- en Zuid-West-Vlaanderen. Er werd ook voldoende ruimte gelaten voor het delen van ervaringen en vragen onder de deelnemende verenigingsprofessionals.

Hieronder geven we je enkele take-aways mee:

  1. Bert Fraussen onderscheidt een inside en outside strategie bij belangenvertegenwoordiging. Bij de inside strategie is er rechtstreeks contact met beleidsmakers of decision-makers en draait het meer rond persoonlijke gesprekken, consultaties, ... Bij outside strategieën ga je inspelen op de media en publieke opinie om zo beleidsmakers te beïnvloeden. Hoewel de outside strategie vroeger eerder als een zwakte werd aanzien, gaan steeds meer organisaties een outside strategie met een inside strategie combineren.
  2. Als je 'tegenpartij' ervoor kiest om een outside strategie te hanteren en het publiek debat beslist te bespelen, kan het in bepaalde gevallen raadzaam zijn om daar geen aandacht aan te geven om polarisatie niet in de hand te werken. Maak hier een goede afweging in!
  3. Geef aandacht aan de taal die je gebruikt. Een outside strategie naar een breed publiek vraagt om andere woordkeuzes dan een inside strategie.
  4. Kan je zetelen in commissies, adviesgroepen, …?  Grijp dan die kans. Het geeft je een zekere representativiteit en autoriteit. Maak geen misbruik van de rol die je daar krijgt, maar benut ze ten volle.
  5. Hoewel er ook qua beleidswerk steeds meer een drang naar centralisatie is, alles richting Brussel, blijft het voor veel organisaties belangrijk om te investeren in lokale niveaus. Je blijft je leden vertegenwoordigen. Er is een goede vertaalslag van een dossier nodig in functie van de betrokkenen. Er mag niet teveel gedacht worden vanuit de organisatie.
  6. Politici onderhandelen met mensen die het werkveld kennen, niet met koepels of organisaties. De persoon die je organisatie vertegenwoordigt speelt dus ook een zeer belangrijke rol.
  7. Uit navraag bij de deelnemers blijkt dat er bij veel organisaties veel dossiers lopende zijn. Hoe prioriteer je dan op welke dossiers je gaat inzetten? We geven je 3 van de 5 drijfveren van issue prioritering mee die Bert Fraussen aangaf: 1. In hoeverre matcht het dossier met de missie van je organisatie en met je leden? 2. Heeft je organisatie de middelen om ermee aan de slag te gaan? en 3. Is jouw organisatie de enige die op dit lobby-topic werkt?


Ben je geïnspireerd door deze take-aways?

In het voorjaar van 2022 wordt deze masterclass herhaald. Houd de BSAE-agenda alvast in de gaten!  

 

 

« Terug